De Tweede Kamer verkiezingen zijn net achter de rug. Landelijke politiek leeft. Geen mens dat weet dat de voorbereidingen voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2026 alweer in volle gang zijn. Het campagneteam maakt overuren en het verkiezingsprogramma dient haast alleen nog taalkundig te worden gecheckt.
En ach…. De tijd die nu komt, wat vind ik die lastig. Lastig is een understatement, zeg maar vreselijk. Jezelf, onszelf, verkopen. Moeten we de markt op?
Wanneer je voor een werkgever werkt en je weet dat je je werk goed doet, weet je dat je niet zomaar ontslagen zult worden. In de politiek is dat anders. Je kunt als raadslid nog zo veel kennis van zaken hebben, je met hart en ziel inzetten voor alle inwoners, als je het publiek niet weet te raken, houdt het op. En nog frustrerender: omgekeerd werkt dat ook zo. Wie weinig doet, maar zichzelf goed weet te presenteren, kan zomaar jaren vooruit. Pfffff.
En dat is nu eenmaal een democratisch stelsel en natuurlijk ben ik voor een democratie. En dus moet ik eraan geloven. Volgens de kenners moet ik verhaaltjes op Insta plaatsen (zo niet mijn ding) en ondertussen zoek ik naar de juiste woorden voor mijn persoonlijke flyer die ik straks in heel Schagen bij iedereen in de bus gooi. Vanaf vandaag schuif ik mijn frustraties van mij af, leg ik mij erbij neer dat ik campagne moet voeren en start ik die campagne nu.




